1. Elektronische communicatie
De bijzondere wet 4 april 2014 tot wijziging van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof maakt de invoering van de elektronische procesvoering mogelijk, waardoor de communicatie vereist in het kader van de procedures voor het Grondwettelijk Hof (het indienen van verzoekschriften en het verzenden van stukken van rechtspleging door de partijen, alsook het verzenden van kennisgevingen, mededelingen en oproepen door de griffie) via een elektronisch platform zal kunnen verlopen (art. 78bis van de bijzondere wet van 6 januari 1989). Daarvoor zal gebruik worden gemaakt van het informaticasysteem van Justitie, dat een equivalent biedt voor de klassieke papieren aangetekende verzendingen.
2. Inwerkingtreding
Op 12 september 2024 heeft de Koning een koninklijk besluit genomen « betreffende de elektronische procesvoering voor het Grondwettelijk Hof ». De invoering van de elektronische procesvoering zal in twee fases verlopen; het koninklijk besluit van 12 september 2024 regelt de eerste fase. Tijdens die eerste fase zal het Hof een platform ter beschikking stellen, dat toegankelijk is via zijn website, zodat de partijen of hun advocaten een verzoekschrift of stukken van rechtspleging kunnen indienen. De communicatie door het Hof aan de partijen of hun advocaten, alsook de communicatie tussen het Hof en de verwijzende rechtscolleges, met inbegrip van de overzending van verwijzingsbeslissingen, zullen nog steeds uitsluitend via aangetekende zending verlopen. Het koninklijk besluit van 12 september 2024 zal in werking treden op een door de Koning te bepalen datum en ten laatste op 1 maart 2026 (zie ook het koninklijk besluit van 28 juli 2025 « tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 september 2024 betreffende de elektronische procesvoering voor het Grondwettelijk Hof »). In afwachting daarvan is het nog niet mogelijk om via elektronische weg documenten neer te leggen bij het Hof.